De formele vereffeningsrompslomp of razendsnelle liquidatie?
Wat als u wil stoppen met uw onderneming?
Ondernemers kunnen om tal van redenen besluiten om te stoppen met hun bedrijf. De vraag hierbij is vervolgens: hoe stop ik met mijn onderneming? Buiten faillissement zijn er twee vormen die hierbij het meest gangbaar zijn. Ten eerste kent Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek een formele vereffeningsprocedure. Deze procedure gaat gepaard met veel voorschriften die erg tijdrovend kunnen zijn. Een sneller en minder ingewikkeld alternatief is de weg van de turboliquidatie. Bij turboliquidatie is het mogelijk de tijdrovende voorschriften uit Boek 2 BW te ontwijken.
Wat is een turboliquidatie? Een turboliquidatie is het op eigen initiatief van de ondernemer ontbinden van de rechtspersoon, waarbij op het moment van ontbinding geen baten meer aanwezig zijn. Wanneer dit zich voordoet, bepaalt art. 2:19 lid 4 BW dat de rechtspersoon ophoudt te bestaan. De Hoge Raad heeft bepaald dat aan het begrip baten hier een ruime betekenis toekomt. Denk hierbij aan activa, vorderingen op andere personen, maar ook betwiste vorderingen waarvan in rechte nog niet is vast komen te staan dat deze aannemelijk is. Kortom, van een bate is in de praktijk snel sprake.
De verschillen met de ‘normale’ vereffeningsprocedure
Het verschil met de ‘normale’ (formele) vereffeningsprocedure uit Boek 2 BW is gelegen in de volgorde waarin de acties plaatsvinden. Bij de formele vereffeningsprocedure wordt de rechtspersoon eerst ontbonden. Op dit moment blijft de rechtspersoon in liquidatie voortbestaan. In deze periode worden de baten te gelde gemaakt en volgens de geldende rangorde aan de schuldeisers uitgekeerd. Bij een turboliquidatie spreken we daarentegen van een feitelijke vereffeningsprocedure. De baten worden hier voorafgaand aan de ontbinding te gelde gemaakt. De opbrengst hiervan zal vervolgens op basis van dezelfde rangorde als hiervoor uitgekeerd moeten worden aan de schuldeisers. Vervolgens kan de ondernemer de rechtspersoon ontbinden, waarna deze ingevolge art. 2:19 lid 4 BW ophoudt te bestaan. De ondernemer kan een faillissement ontwijken, nu er (mits alles goed gegaan is) geen baten meer aanwezig zijn. Het maakt hierbij niet uit of er onder aan de streep nog schulden over blijven. Dit staat een turboliquidatie niet in de weg.
In beide gevallen kan de ondernemer zelf als vereffenaar optreden. Aangezien bij een turboliquidatie schulden over mogen blijven na ontbinding, is het hierbij verstandig voor de ondernemer voorzichtig te zijn.
Ten eerste is het belangrijk dat de rangorde van schuldeisers niet doorbroken wordt. Dit doet zich enkel voor als na feitelijke vereffening er meer schulden aanwezig zijn, dan gelden die uit de baten worden opgebracht. De rangorde van schuldeisers is een in de wet neergelegde volgorde van uitbetaling aan meerdere schuldeisers. Wanneer deze doorbroken wordt, kunnen benadeelde schuldeisers alsnog proberen hun recht te gelde te maken.
Ten tweede kunnen schuldeisers na ontbinding van de rechtspersoon alsnog verzoek tot een formele vereffeningsprocedure, wanneer blijkt dat toch nog baten aanwezig zijn. Hier zullen de (tijdrovende) voorschriften toch nog moeten worden nageleefd. Als blijkt dat de schulden de baten overtreffen, dan is de ondernemer in beginsel op basis van art. 2:23a BW verplicht tot het aanvragen van het faillissement.
De Tijdelijke Wet transparantie turboliquidatie
Voor schuldeisers kan een turboliquidatie ongunstig uitpakken. De procedure is namelijk met minder waarborgen omkleed, waardoor het misbruik aan de zijde van de ondernemer die van turboliquidatie gebruik wil maken, meer voor de hand ligt. De regering heeft hierop gereageerd door het (vooralsnog tijdelijke) Wetsvoorstel turboliquidatie in te dienen. Als dit wetsvoorstel tot wet verheven wordt, zal de ondernemer aan veel meer transparantieverplichtingen moeten voldoen, wanneer deze gebruik maakt van turboliquidatie. Zo zal hij binnen tien werkdagen na ontbinding de volgende stukken bij het handelsregister gedeponeerd moeten hebben:
a) Een balans en een staat van baten en lasten over het boekjaar waarin de rechtspersoon is ontbonden;
b) Een schriftelijke opgave van redenen voor het ontbreken van baten en – voor zover van toepassing – het onbetaald laten van de schulden;
c) Een slotuitdelingslijst (als voorafgaand aan de ontbinding schuldeisers zijn voldaan); en,
d) de jaarrekening over eerdere boekjaren voor zover die nog niet werden gepubliceerd.
Tot slot
Turboliquidatie is dus een ideaal instrument voor de ondernemer om op relatief snelle wijze van zijn of haar onderneming af te komen. Deze spoedige procedure komt echter niet zonder enige risico’s. Zorg er daarom voor dat je als ondernemer goed ingelicht bent over de risico’s.
Wilt u van uw onderneming af door middel van turboliquidatie, of wilt u hier meer informatie over? Neem dan contact op met Alexander Wiersma via 050-3603768 of info@lw.nl